Wijzigingen Mediawet

Op deze pagina vind je de belangrijkste aankomende wijzigingen van de Mediawet. De nieuwe Mediawet is in het najaar van 2020 in werking getreden.

Waarom is de Europese Richtlijn Audiovisuele Mediadiensten herzien?

De traditionele scheidslijn tussen omroepen en streamingdiensten onderling en andere diensten vervaagt steeds meer. We kijken niet alleen meer naar programma’s die op televisie of on demand worden uitgezonden, maar ook steeds meer naar video’s op kanalen van videoplatforms zoals YouTube. Deze verschuiving vroeg om een aanpassing van de bestaande richtlijn uit 2010, want die richtte zich vooral op omroepen en streamingdiensten. De aanpassing zorgt ervoor dat de regulering van al deze diensten dichter bij elkaar wordt gebracht.

Wat zijn de belangrijkste wijzigingen?

De belangrijkste wijziging is dat niet alleen commerciële omroepen en streamingdiensten, maar ook videoplatformdiensten onder de nieuwe richtlijn vallen. Daarnaast is duidelijk geworden dat kanalen op videoplatformdiensten commerciële mediadiensten op aanvraag kunnen zijn als ze aan bepaalde criteria voldoen. Dit betekent dat deze video-uploaders zich aan dezelfde regelgeving moeten gaan houden als andere commerciële mediadiensten. Bijvoorbeeld op het gebied van reclame, sponsoring en productplaatsing, bescherming van minderjarigen, en een verplicht aandeel Europees producties. Op televisie gaan er andere regels gelden voor reclamezendtijd.

Wanneer ben je een commerciële mediadienst op aanvraag?

Er zijn vijf criteria die bepalen of je een commerciële mediadienst op aanvraag bent. Deze zijn:

  1. Er is een catalogus waarmee het aanbod is geordend.
  2. Het hoofddoel is het aanbieden van video’s.
  3. De dienst heeft een massamediaal karakter.
  4. Het is een economische dienst (met andere woorden, er wordt geld mee verdiend).
  5. De aanbieder van de dienst gaat over de keuze van het aanbod.

Wat is een videoplatformdienst?

Een videoplatformdienst is een dienst voor een algemeen publiek, die zelf video’s levert en/of door gebruikers gegenereerde video’s aanbiedt, zonder daarvoor de redactionele verantwoordelijkheid te dragen. De aanbieder bepaalt wél de organisatie van de content. Volgens deze definitie zijn in elk geval de bekende videosharingdiensten zoals YouTube en Vimeo videoplatformdiensten. Zij bieden immers ook audiovisuele mediadiensten van derden aan, zoals videokanalen van influencers of het kanaal van de NPO op YouTube. Voor zover bekend, zijn er geen videoplatformdiensten in Nederland gevestigd. De bekendste, YouTube, is in Ierland gevestigd. Dat betekent dat Ierland aan de hand van de richtlijn bepaalt waar YouTube zich aan moet houden.

Welke regels gelden voor videoplatformdiensten?

De richtlijn schrijft voor dat videoplatformdiensten maatregelen moeten nemen om:

  1. Minderjarigen te beschermen tegen content die schadelijk is voor hun ontwikkeling.
  2. Het algemene publiek te beschermen tegen content die aanzet tot geweld of haat jegens een persoon of een groep van personen op grond van godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras en geslacht, seksuele gerichtheid, en handicap.
  3. Het algemene publiek te beschermen tegen content waarvan de verspreiding een misdrijf vormt. Denk daarbij aan racistische content, kinderporno, of content die het plegen van een terroristisch misdrijf aanmoedigt.

De videoplatformdienst moet deze maatregelen opnemen in een gedragscode. Daarnaast moet de videoplatformdienst als deze zélf reclame aanbiedt, zorgen dat deze herkenbaar is en dat deze geen sluikreclame maakt. De videoplatformdienst moet er ook voor zorgen dat de gebruiker duidelijk geïnformeerd wordt als anderen op de videoplatformdienst content plaatsen die reclame of productplaatsing bevat of die gesponsord is of mogelijk schadelijk is voor minderjarigen, bijvoorbeeld door de mogelijkheid van flagging aan te bieden. Flagging is het markeren van een video door een gebruiker.

Wat gaat er wijzigen aan de reclamezendtijd op televisie?

De nieuwe richtlijn geeft meer flexibiliteit voor reclamezendtijd op televisie. Op dit moment geldt er nog een limiet van 20 procent reclamezendtijd per klokuur (12 minuten). Het percentage van 20 procent blijft weliswaar staan, maar hoeft niet meer gelijk over de uren te worden verdeeld. Er mag maximaal 20 procent reclame worden uitgezonden tussen 06:00 en 18:00 uur (in totaal 2 uur en 24 minuten, vrij te verdelen), en maximaal 20 procent tussen 18:00 en 00:00 uur (in totaal 1 uur en 12 minuten, vrij te verdelen).

Hoe bevordert de nieuwe richtlijn Europese producties?

Europese producties worden bevordert doordat bij streamingdiensten minstens 30 procent van hun videoaanbod uit Europese producties moet bestaan. Bovendien moeten deze producties voldoende aandacht krijgen binnen het totale aanbod, bijvoorbeeld als aparte categorie in het menu.

Bekijk de